Vlinderakkoord

Document
Mark Deweerdt / Dave Sinardet

Politiek akkoord over de zesde staatshervorming bereikt na moeizame onderhandelingen, onder leiding van Elio Di Rupo. Het akkoord tussen PS, CD&V, MR, Open Vld, sp.a, en cdH werd gekoppeld aan de regeringsvorming en omvatte complexe wijzigingen op het vlak van de overdracht van bevoegdheden en financiƫle regelingen tussen gewesten en gemeenschappen. BHV werd gesplitst, en ook andere conflicten rond Brussel kregen een oplossing. Sommige maatregelen, zoals de gezondheidszorgversnippering, leidden later tot kritiek.

Alternatieve titel
Zesde staatshervorming
6de staatshervorming
Datering
2011
Leestijd: 6 minuten

Bij de federale verkiezingen Verkiezingen (na 1995)
De kieshervorming van 2002 plaatste de splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde hoog op de politieke agenda. Net zoals dat al sinds de jaren 1980 het geval was, stond het commu... Lees meer
van 13 juni 2010 werd de N-VA Nieuw-Vlaamse Alliantie
De N-VA is op electoraal vlak de meest succesvolle Vlaams-nationalistische partij ooit en slaagde er ook in om de grootste Belgische partij te worden. Ze zit bijna 20 jaar in de Vlaamse R... Lees meer
de grootste partij, gevolgd door de PS die haar leidende positie versterkte. Beide partijen leken bereid de as te vormen van een brede coalitie die, steunend op een tweederde meerderheid in het parlement, werk zou maken van de verdere staatshervorming Staatshervorming
Tussen 1970 en vandaag werden zes staatshervormingen doorgevoerd die Belgiƫ omvormden van een unitaire in een federale staat met drie gewesten, het Vlaamse, het Waalse en het Brussels Hoo... Lees meer
. Na zeven maanden ā€˜communautaireā€™ gesprekken met zeven partijen was er evenwel nog altijd geen uitzicht op een akkoord. Vanaf februari 2011 werden ook de liberale partijen bij het overleg betrokken, maar de impasse bleef duren. Naarmate de weken verstreken, groeide in de media en de publieke opinie het ongenoegen daarover. Zo trok op 23 januari 2011 een ā€˜Shameā€™-betoging van ca. 35.000 Belgen door Brussel en werd op 17 februari met ludieke acties het vermeende wereldrecord regeringsvormen ā€˜gevierdā€™.

Pas nadat PS-voorzitter Elio Di Rupo, die op 16 mei tot formateur was aangesteld, begin juli een nota voorlegde die niet alleen over de staatshervorming handelde maar ook sociaaleconomische en budgettaire krachtlijnen en voorstellen voor diverse beleidsdomeinen bevatte, kwam er schot in de zaak. De N-VA vond de nota onvoldoende; CD&V Christen Democratisch & Vlaams
Lees meer
, die zich tot dan op dezelfde lijn had gesteld, aanvaardde ze wel als onderhandelingsbasis nadat Di Rupo enkele voor de partij lastige punten (onder meer de invoering van een federale kieskring, de mogelijkheid van tweetalige lijsten in Brussel en de goedkeuring van het Minderhedenverdrag van de Raad van Europa) had geschrapt.

De onderhandelingen tussen acht partijen (Vlaamse resp. Franstalige socialisten, liberalen, christendemocraten en groenen) begonnen op 16 augustus. Met een akkoord over ā€˜BHVā€™ werd op 14 september een eerste horde genomen. Voor het FDF, dat sinds 1993 gefedereerd was met de Franstalige liberalen (sinds 2002 in de MR), was dat akkoord onaanvaardbaar; de partij verliet de federatie en trad weer autonoom op (vanaf 2015 als DĆ©FI). In de daaropvolgende weken vonden de onderhandelaars een vergelijk over andere institutionele en ā€˜communautaireā€™ kwesties. Formateur Di Rupo presenteerde het ā€˜Vlinderakkoordā€™, een verwijzing naar de vlinderdas die hij placht te dragen, op 11 oktober. Twee dagen later werd het formatieberaad voortgezet zonder de groene partijen. Op 6 december legde de regering-Di Rupo (PS, CD&V, MR, Open Vld, sp.a en cdH) de eed af en kwam er na 541 dagen een einde aan de langste regeringsformatie uit de Belgische geschiedenis. Een record dat het gevolg was van het koppelen van de regeringsvorming aan de staatshervorming.

Met de stemmen van de meerderheids- en groene fracties in het parlement werden in de daaropvolgende maanden 47 grondwetsartikelen herzien en vijftien bijzondere en gewone wetten uitgevaardigd. Bij de bevoegdheden die aan de deelstaten werden overgedragen, was met de kinderbijslag voor het eerst een onderdeel van het socialezekerheidsstelsel. Het was ook Ć©Ć©n van de grote struikelblokken geweest in de onderhandelingen. Over de keuze om de kinderbijslag te splitsen was al snel overeenstemming, maar het grote twistpunt was of deze zou overgeheveld worden naar de gemeenschappen of de gewesten. Vooral CD&V verdedigde een communautarisering van de kinderbijslag maar dit zou als gevolg hebben gehad dat er in het Brussels Hoofdstedelijk gewest (minstens) twee verschillende stelsels van kinderbijslag zouden bestaan, wat voor de Franstalige partijen, maar ook voorĀ  Groen, sp.a en Open VLD, onwerkbaar en onwenselijk was. Uiteindelijk werd daarom gekozen voor een communautarisering die in de feiten een regionalisering was: in Brussel Brussel
In de geschiedenis van de Vlaamse beweging speelde Brussel een unieke rol vanwege haar hoofdstedelijke functies, economische aantrekkingskracht en als symbool van verfransing, die zich v... Lees meer
werd de bevoegdheid overgedragen aan de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Gemeenschappelijke gemeenschapscommissie
Lees meer
(GGC) die dezelfde samenstelling heeft als het Brussels Parlement, waardoor er in Brussel Ć©Ć©n ā€˜gewestelijkā€™ systeem kwam. Hetzelfde gebeurde, om dezelfde reden, met de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden en het jeugdsanctierecht. Ook op andere punten versterkte de zesde staatshervorming de facto de gewestelijke dynamiek tegenover de gemeenschapslogica. Zo verhuisde het toerismebeleid, dat sinds 1970-1971 een gemeenschapsbevoegdheid was, naar de gewesten.
Aan de gewesten werden ook grote delen van het arbeidsmarktbeleid (controle op de beschikbaarheid van werklozen en bijhorende sancties; doelgroepenbeleid; plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen; betaald educatief verlof; dienstencheques; outplacement; economische migratie) en van het mobiliteits- en verkeersveiligheidsbeleid (snelheidsbeperking, behalve op autowegen; technische keuring van voertuigen; rijopleiding; binnenscheepvaart) overgedragen, alsook de woning- en handelshuur, het dierenwelzijn, het Rampenfonds en het Landbouwrampenfonds.

De gemeenschappen kregen er wel een aanzienlijk deel van de gezondheidszorg bij, onder meer de regelgeving en financiering van de bouw en de werking van woon- en zorgcentra, rust- en verzorgingstehuizen en centra voor dagverzorging; de bouw en renovatie van ziekenhuizen; de organisatie van de eerstelijnsgezondheidszorg; palliatieve zorg; de erkenning van zorgverstrekkers; mobiliteitshulpmiddelen voor personen met een handicap; de justitiehuizen. Al snel klonk het echter dat op deze wijze de gezondheidszorg wel zeer versnipperd was geworden, een aanvoelen dat tijdens de COVID-crisis nog versterkt werd.

Met onder meer een ā€˜positief injunctierechtā€™ verkregen de gemeenschappen en de gewesten betrokkenheid bij het vervolgings- en strafuitvoeringsbeleid. De deelstatelijke constitutieve autonomie werd uitgebreid en ook aan de Duitstalige Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd opgericht in 1989. Het wordt bestuurd door de Brusselse Hoofdstedelijke Raad en de Brusselse regering. Lees meer
verleend. In Brussel gebeurt de uitoefening ervan met een bijzondere meerderheid; de pariteit in de regering en de gegarandeerde vertegenwoordiging van de Vlamingen in het parlement bleven evenwel federale materie.

De fiscale autonomie van de gewesten werd verruimd door het deel van de personenbelasting dat ze als dotatie kregen te vervangen door de mogelijkheid zelf (ongeveer een kwart van de) personenbelasting te heffen, in de vorm van ā€˜opcentiemenā€™ op de federale personenbelasting. Ze kregen ook de bevoegdheid om voor eigen beleidsdomeinen belastingverminderingen of -kredieten toe te staan (onder meer voor een eigen woning, onderhoud en restauratie van beschermde monumenten, dienstencheques en energiebesparingen). De bijzonder complexe financieringswet beoogde verder de ā€˜solidariteitstransferā€™ van Vlaanderen naar WalloniĆ« en Brussel te verminderen, en een deeltje van het financieringstekort van de federale overheid ten laste van de deelstaten te leggen. Ook het Brussels gewest werd geherfinancierd, een vraag die vooral bij de Franstalige partijen leefde.

De zesde staatshervorming bracht ook een oplossing voor enkele zwaar symbolisch geladen klassieke taalconflicten rond Brussel die al jaren het staatshervormingsdebat en de politieke actualiteit beheersten. Het belangrijkste was uiteraard BHV: het territorialiteitsbeginsel werd doorgetrokken door de opdeling van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in de kieskringen Vlaams-Brabant en Brussel-Hoofdstad (19 gemeenten). In vergelijking met het Egmontpact, alsook met alle volgende volgende voorstellen en bijna-akkoorden werd een vrij ā€˜zuivereā€™ splisting van BHV bereikt. Enkel de zes randgemeenten Vlaamse Rand
De Vlaamse Rand omvat de negentien gemeenten grenzend aan Brussel of aan een faciliteitengemeente. De relatie tot Brussel leidt er tot specifieke uitdagingen. Lees meer
met faciliteiten Faciliteiten
Al sinds de eerste taalwet (1873) voorzag de wetgever in faciliteiten. Deze tegemoetkomingen gaven aanleiding tot tegengestelde interpretaties door Nederlandstaligen en Franstaligen, zo ... Lees meer
kregen een bijzondere regeling door ze samen te brengen in een apart kieskanton. In andere gemeenten van Halle-Vilvoorde werden echter geen inschrijvingsrechten of andere compensaties voorzien, zoals in eerdere voorstellen wel het geval was. Hoewel BHV bijna een decennium lang politieke hoogspanning en instabiliteit had veroorzaakt verliep in 2012 de uiteindelijke stemming van de splisting van de kieskring in de grootste onverschilligheid. Nadat de splitsing van BHV jarenlang dƩ Vlaamse politieke prioriteit was zonder de welke niets nog mogelijk was, weerklonken er plots relativerende en zelfs kritische opmerkingen over het nut van een splitsing. Men leek het plots eens met Jean-Luc Dehaene in zijn memoires: 'De splitsing van B-H-V brengt Vlaanderen niets wezenlijks bij'.

Ook een ander symbooldossier in de Brusselse rand kreeg eindelijk een oplossing: de controverse rond de niet-benoeming door de Vlaamse regering van enkele Franstalige burgemeesters in Brusselse faciliteitengemeenten. Hiervoor werd een nieuwe procedure uitgewerkt met een sleutelrol voor de tweetalige algemene vergadering van de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Ook werd de creatie van een ā€˜Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschapā€™ voorzien waarvan de drie gewesten, de federale overheid en alle gemeenten van de oude provincie Brabant van rechtswege deel zouden uitmaken. Bij het afsluiten van het akkoord was echter al duidelijk dat dit een lege doos zou blijven, aangezien de eigenlijke oprichting afhankelijk werd gemaakt van een samenwerkingsakkoord tussen de drie gewesten en het duidelijk was dat verschillende Vlaamse regeringspartijen daar niet mee zouden instemmen.

Suggestie doorgeven

2023: Mark Deweerdt / Dave Sinardet

Inhoudstafel