Coomans, Jean-Baptiste
Jean-Baptiste Coomans (1813-1896) streefde als volksvertegenwoordiger en via zijn eigen persorganen naar een vooruitstrevend katholiek programma en meer waardering voor de volkstaal.
Jean-Baptiste Coomans (1813-1896) streefde als volksvertegenwoordiger en via zijn eigen persorganen naar een vooruitstrevend katholiek programma en meer waardering voor de volkstaal.
Domien Cracco (1790-1860) was een Vlaamsvoelend leraar en vertaler. Hij vergaarde vooral bekendheid met zijn Nederlandse vertaling van Homeros’ Ilias.
Jan Craeynest (1858-1929) was een Vlaamsgezinde leraar, die deel uitmaakte van de eerste generatie blauwvoeters en onder meer betrokken was bij de stichting van Het Belfort en de Dietsche Biehalle.
Leo D’Hulster (1784-1843) was een dichter en ijveraar voor het algemeen Nederlands.
Clement Daenen (1901-1965) was actief in het onderwijs en besteedde veel aandacht aan taalgebruik, onder andere in de Vereniging voor Beschaafde Omgangstaal.
Frans-Hubert Darcis (1892-1969) wijdde het grootste deel van zijn leven aan de kerk. Als flamingant was hij actief in de Davidsfonds-afdeling van Montzen.
Jan-Baptist David (1801-1866) was een katholiek priester, en vanaf 1834 hoogleraar nationale taal, letterkunde en geschiedenis aan de Katholieke Universiteit in Mechelen en Leuven.
Louis Davids (1928-2015) was de hoofdredacteur van het Belgisch Israëlitisch Weekblad en zette zich in voor het gebruik van het Nederlands in de joodse gemeenschap.
Priester Alfons de Boeck (1880-1930) was auteur van taalkundige publicaties. Ook was hij betrokken bij de organisatie van de Nederlandsche Vacantieleergangen.
August de Boodt (1895-1986) was landbouwingenieur. Als Vlaamsgezind katholiek senator stelde hij de uitwassen van de repressie aan de kaak.
Caesar de Bruyker (1878-1924) was een Vlaamsgezinde wetenschapper die na de Eerste Wereldoorlog werd veroordeeld voor activisme.
Adriaan de Corswarem (1849-1909) was een advocaat en katholiek politicus, die op lokaal en nationaal niveau actief was. Hij promootte als één van de eersten het Nederlands als administratieve rechtstaal.