Aldietse beweging
De Aldietse Beweging van Constant J. Hansen streefde van in de 19de eeuw naar een taalkundige versmelting van het Nederlands met het Platduits. Hij onderstreepte de Dietsche taaleenheid van Duinkerke tot Koningsberg.
De Aldietse Beweging van Constant J. Hansen streefde van in de 19de eeuw naar een taalkundige versmelting van het Nederlands met het Platduits. Hij onderstreepte de Dietsche taaleenheid van Duinkerke tot Koningsberg.
De Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren was een jaarlijkse conferentie, van 1951 tot 1983 belegd om de culturele contacten tussen Nederland en Vlaanderen te bevorderen.
Vanaf het begin van de kolonisatie heeft de Vlaamse beweging zich beziggehouden met Congo: in eerste instantie vanuit Vlaanderen, later ook vanuit de kolonie.
De term ‘culturele transfer’ werd in 1988 gemunt door de historici Michel Espagne en Michael Werner en verwijst naar de overdracht van culturele fenomenen over nationale, talige en culturele grenzen heen.
De Dietsche Landdagen (1929-1935) waren jaarlijkse bijeenkomsten in afwisselend Nederland en Vlaanderen, die georganiseerd werden door de Nederlandsche Unie en in het teken stonden van de Groot-Nederlandse gedachte.
De Vlaamse migratie was een tweezijdig proces tussen ontvangst- en oorsprongsregio's, beïnvloed door sociale, economische en politieke factoren.
De Groot-Kempische Cultuurdagen werden jaarlijks gehouden in Hilvarenbeek (1946-1971) om Vlamingen en Nederlanders dichter bij elkaar te brengen.
Groot-Nederland is een politiek en cultureel begrip dat respectievelijk staat voor een staatkundige vereniging van België of Vlaanderen met Nederland en de culturele en taalkundige samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland.
De Groot-Nederlandse Studentencongressen waren bijeenkomsten van Vlaamse en Nederlandse studenten, gericht op het versterken van de onderlinge banden - vanuit de overtuiging dat Vlamingen en Nederlanders cultureel en taalkundig bij elkaar hoorden.
De Hollands-Belgische Toenadering was een voornamelijk Belgisch streven naar militaire en economische samenwerking met Nederland kort vóór de Eerste Wereldoorlog.
Tijdens de koloniale periode werden er twee universiteiten opgericht in Congo. Deze bijdrage onderzoekt hun betekenis in het licht van de thema’s taal, hoger onderwijs en kolonialisme.
De Nederlandse Congressen waren gemeenschappelijke (culturele) ontmoetingen van Vlamingen en Nederlanders in Vlaanderen en Nederland die met onderbrekingen werden georganiseerd sinds 1849.
De Noord-Zuiddagen waren Vlaams-Nederlandse ontmoetingsdagen die tussen 1974 en 1980 werden gehouden in Essen. Ze werden georganiseerd als voortzetting van de Groot-Kempische Cultuurdagen in Hilvarenbeek.