Katholiek Vlaamsch Studentenverbond

Organisatie
Lieve Gevers (2023, aanvulling), Lieve Gevers (1998)

Het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond (1890-1892) was de tweede kortstondige nationale overkoepeling van de katholieke Vlaamse studentenbeweging.

Oprichting
1890
Stopzetting
1892
Leestijd: 12 minuten

Het initiatief tot het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond ging uit van de kring rond het tijdschrift De Student De Student
De Student was een katholiek scholieren- en studententijdschrift dat verscheen van 1881 tot in 1930. Het was voor 1914 het meest gezagvolle orgaan van de Katholieke Vlaamse Studentenbeweg... Lees meer
met de in 1888 in Leuven afgestudeerde arts August Laporta Laporta, August
August Laporta (1864-1919) speelde een belangrijke rol in de katholieke Vlaamse studentenbeweging van het aartsbisdom Mechelen voor de Eerste Wereldoorlog. Hij was hoofdredacteur van De S... Lees meer
en een groep van Mechelse seminaristen. Zij vonden steun bij een aantal Leuvense studenten en bij en­kele vooraanstaande volwassenen, in het bijzonder hoogleraar-volksvertegenwoordiger Joris Helleputte Helleputte, Joris
Joris Helleputte (1852-1925) heeft bijna een halve eeuw lang gewogen op de Belgische samenleving: als neogotisch architect, als gangmaker van sociale organisaties, inzonderheid de Belgisc... Lees meer
. Doel was om de katholieke Vlaamse studentenbeweging louter ka­tholiek te houden en ze te doen functio­neren onder de koepel van de Vlaamsche Katholieke Landsbond Vlaamsche Katholieke Landsbond
Lees meer
. Op provinciaal en lokaal vlak vond het Studentenverbond vooral steun in het aartsbisdom en in West-Vlaanderen. Het Verbond ging al snel ten onder aan verbodsmaatregelen van de Brugse bisschop Faict Faict, Johannes
Johannes Faict (1813-1889) was bisschop van Brugge (1864-1894). In het eerste decennium van zijn episcopaat steunde hij de katholieke Vlaamse beweging. Vanaf 1875 voerde hij een repressie... Lees meer
in 1890 en van de Mechelse kardinaal-aartsbis­schop Goossens Goossens, Petrus
Petrus Goossens (1827-1906) was aartsbisschop van Mechelen. In 1891-92 nam hij maatregelen tegen de Katholieke Vlaamse Studentenbeweging. Hij vaardigde tegelijk richtlijnen uit voor een g... Lees meer
in 1891 en 1892. De katholieke Vlaamse studentenbeweging Katholieke Vlaamse studentenbeweging
De Katholieke Vlaamse Studentenbeweging was de georganiseerde deelname van de katholieke studerende jeugd aan de Vlaamse beweging. Ze leverde daartoe met haar grote aanhang van ca. 1875 t... Lees meer
herstelde zich van deze crisis en kende vanaf 1895 een herleving.

In augustus 1890 gaven de arts August Laporta Laporta, August
August Laporta (1864-1919) speelde een belangrijke rol in de katholieke Vlaamse studentenbeweging van het aartsbisdom Mechelen voor de Eerste Wereldoorlog. Hij was hoofdredacteur van De S... Lees meer
voor Antwerpen en de advocaten Emiel de Visschere De Visschere, Emiel
Emiel de Visschere (1861-1910) engageerde zich tijdens zijn Leuvense studietijd in de katholieke Vlaamsgezinde scholieren- en studentenbeweging. Nadat hij zich in Brugge als advocaat had ... Lees meer
en Hector Lebon Lebon, Hector
De Vlaamsgezinde en maatschappelijk bewogen advocaat Hector Lebon (1863-1935) begon zijn politieke loopbaan in de daensistische beweging, maar stapte later over naar de katholieke partij.... Lees meer
voor respectievelijk West- en Oost-Vlaanderen een vertoog uit waarin de oprichting van een Katholiek Vlaamsch Studentenverbond werd aangekondigd met als ken­spreuk ‘ Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Kristus Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Kristus (AVV-VVK)
Deze leuze werd in 1881 gelanceerd door Frans Drijvers in het scholierentijdschrift De Student. Ze verwoordde de dubbele motivatie van Vlaamsgezindheid en ultramontaanse geloofsijver die ... Lees meer
’. Dit was, na de Vlaamsche Studenten­bond Vlaamsche Studentenbond
De Vlaamsche Studentenbond was de eerste overkoepelende organisatie van de katholieke Vlaamse studentenbeweging. Ze werd opgericht in 1877 door de Leuvense studenten Albrecht Rodenbach en... Lees meer
van 1877, een tweede poging om een nationale overkoepeling voor de katholieke Vlaamse studentenbeweging Katholieke Vlaamse studentenbeweging
De Katholieke Vlaamse Studentenbeweging was de georganiseerde deelname van de katholieke studerende jeugd aan de Vlaamse beweging. Ze leverde daartoe met haar grote aanhang van ca. 1875 t... Lees meer
tot stand te brengen. De oprichting was het resultaat van de groei die de studentenbeweging in de jaren 1880 had gekend, vooral in het aartsbisdom Mechelen (de pro­vincies Antwerpen en Brabant) en in West-Vlaanderen. Het initiatief ging uit van de kring rond het Mechelse tijdschrift De Student De Student
De Student was een katholiek scholieren- en studententijdschrift dat verscheen van 1881 tot in 1930. Het was voor 1914 het meest gezagvolle orgaan van de Katholieke Vlaamse Studentenbeweg... Lees meer
, met de in 1888 in Leuven afgestudeerde Laporta en een groep van Mechelse seminaristen. Zij vonden steun bij een aantal Leuvense studenten en bij enkele vooraanstaande volwassenen: behalve de zopas afgestudeerde Leuvense oud-studenten Lebon en De Visschere, in het bijzonder ook hoogleraar Joris Helleputte Helleputte, Joris
Joris Helleputte (1852-1925) heeft bijna een halve eeuw lang gewogen op de Belgische samenleving: als neogotisch architect, als gangmaker van sociale organisaties, inzonderheid de Belgisc... Lees meer
, die in 1889 volksvertegenwoor­diger van Maaseik was geworden en die het erevoorzitterschap van het Studentenverbond zou aanvaarden.

Een katholiek Verbond

De oprichting was ingegeven door ideologische motieven. Ze gebeurde op een ogenblik dat ook in de ruimere Vlaamse beweging initiatieven genomen werden tot nationale bundeling van de krachten. De grote vraag daarbij was of die nationale organisatie gebaseerd zou zijn op onpartijdige grondslag of dat zij integendeel een katholiek karakter zou hebben. Dat resulteerde in 1890 in de oprichting van twee nationale koepels: enerzijds de Vlaamsche Katholieke Landsbond Vlaamsche Katholieke Landsbond
Lees meer
, an­derzijds het onpartijdig Nationaal Vlaamsch Verbond Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) (1933-1945) was een rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij die tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitse nationaalsocialistis... Lees meer
.

Sinds 1888 werd in de katholieke Vlaamse studentenbeweging discussie gevoerd over een even­tuele samenwerking met vrijzinnigen. Adolf Pauwels Pauwels, Adolf
Adolf Pauwels (1864-1902) was tijdens zijn jonge jaren erg actief in de katholieke flamingantische scholieren- en studentenbeweging. Als advocaat en als politicus zette hij zich nadien vo... Lees meer
en Adelfons Henderickx Henderickx, Adelfons
Adelfons Henderickx (1867-1949) was een Antwerpse katholieke volksvertegenwoordiger. Tijdens de Eerste Wereldoorlog engageerde hij zich in het activisme en tijdens het interbellum in het ... Lees meer
, die vanaf het begin van de jaren 1880 met succes de Antwerpse scholierenbeweging Scholierenbeweging
Deze bijdrage onderzoekt de invoed die de scholierenbeweging in het officieel onderwijs heeft gehad op de Vlaamse beweging. Lees meer
en, in het verlengde daarvan, de onzijdige Landdagbeweging Landdagbeweging
De Landdagbeweging, die zich ontwikkelde vanaf de vroege jaren 1860, vormde tot aan de Eerste Wereldoorlog de aanzet tot een reeks al dan niet succesvolle initiatieven tot samenwerking va... Lees meer
op gang hadden gebracht, wilden, in de traditie van de Meeting­partij Meetingpartij
De Meeting (1862-1914) was een Antwerpse politieke formatie die ontstond uit een coalitie van flaminganten, progressieve liberalen en katholieken. Ze liet zich kenmerken door een uitgespr... Lees meer
, de studentenbeweging onder de onpartijdige koepel brengen. Het was tegen die tendens dat de oprichters reageerden. Met het tot stand brengen van het Katholiek Vlaamsch Studenten­verbond wilden zij de Katholieke Vlaamse Studentenbeweging louter katholiek houden en ze doen functioneren onder de koepel van de op stapel staande volwassenenorganisatie van de Vlaamsche Katholieke Landsbond. Zij werden in dat standpunt overigens bijgetreden niet alleen door de Vlaamsgezinde seminaristen (priesterstudenten van diocesane seminaries), maar ook door de overgrote meerderheid van de Vlaamsgezinde universiteitsstudenten en scholieren. Een studentenbeweging op onpartijdige grondslag zou, zo luidde hun redenering, onaanvaardbaar zijn voor de kerkelijke overheid en bovendien was naar hun mening de taalstrijd nauw verweven met de strijd voor de herleving van een katholiek Vlaanderen.

Oprichting en organisatie

Nadat Laporta op 30 januari 1890 met zijn Mechelse vrienden overleg had gepleegd over het Studentenverbond vond op 11 april te Mechelen een voorbereidende vergadering plaats onder voorzitterschap van Helleputte. Daar waren aanwezig: de volwassenen, Lebon, Karel G. Brants Brants, Karel
De jurist Karel Brants (1856-1934) zette zich in voor het gebruik van het Nederlands als rechts- en bestuurstaal in Vlaanderen. Lees meer
en Prosper van Langendonck Van Langendonck, Prosper (1862-1920)
Prosper van Langendonck (1862-1920) was een dichter en letterkundige die zich ook inzette voor de Vlaamse beweging in Brussel. Lees meer
, de Leuvense studenten Seraf Lambreghts Lambreghts, Seraf
De katholieke flamingant Seraf Lambreghts (1867-1912) was burgemeester van Vorst-Kempen. Voor de Vrije Katholieke Vlamingen was hij in 1906 kandidaat bij de parlementsverkiezingen. ... Lees meer
, Pieter Bolsens en Jozef van den Broeck Van den Broeck, Jozef
Jozef van den Broeck (1870-1938) was een Antwerps advocaat. Hij was secretaris van de Raad van Vlaanderen en na de Eerste Wereldoorlog week hij uit naar Nederland. Hier werd hij een spilf... Lees meer
, de voorzitter (hoofddeken) van de Antwerpse studentengilde Eigen Taal Eigen Ze­den Eigen Taal Eigen Zeden
Eigen Taal Eigen Zeden (1887-1914) was een Antwerpse katholieke scholieren- en studentengilde. Ze ontstond in het elan van de Landdagbeweging en speelde een centrale rol in de vooroorlogs... Lees meer
Herman Peeters Peeters, Herman
Herman Peeters richtte in 1887 de Antwerpse Vlaamsgezinde literair-culturele kring Eigen Taal Eigen Zeden op. Lees meer
, de Mechelse seminaristen Joseph Feskens Feskens, Joseph
Joseph Feskens (1869-1942) was betrokken bij de oprichting van het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond in 1890. Op verdenking van medewerking aan het pamflet Recht door Zee werd hij wegge... Lees meer
, August van Noyen, Louis Asselbergs (studenten filosofie), Alfons van Raebroeckx en Edward Swolfs (studenten theologie). De oprich­tingsvergadering vond plaats op 15 juni 1890 in Leuven en werd behalve door de volwassenen Helleputte, Laporta en Lebon uitsluitend bijgewoond door Leuvense studenten, met name voor Antwerpen: Lambreghts en Emiel Loos; voor Brabant: priester Pieter-Jozef Sencie Sencie, Pieter-Jozef
Pieter-Jozef Sencie (1865-1941) was als classicus verbonden aan de Katholieke Universiteit Leuven. Hij was actief in de katholieke Vlaamse studentenbeweging en was de stichter en eerste v... Lees meer
en Benoit Meses; voor Oost-Vlaanderen: Jules en Achiel d'Haenens; voor West-Vlaanderen: Hendrik Priem Priem, Hendrik
Hendrik Priem (1869-1954) was een jurist die tijdens zijn studententijd in Leuven erg actief was in de Vlaamse studentenbeweging en de West-Vlaamse scholierenbeweging. Ook na zijn studies... Lees meer
en Aloïs van de Vyvere Van de Vyvere, Aloïs
Aloïs van de Vyvere (1871-1961) was een advocaat en katholiek politicus. Hij zetelde twintig jaar in de Kamer en vervulde meerdere ministerfuncties. Hij werkte onder andere mee aan initia... Lees meer
. Voor Limburg was, ondanks de politieke band van Helleputte met die provincie, niemand aanwezig.

Op deze vergadering werd een bestuur verkozen en kon een akkoord worden bereikt over een ontwerp van statuten. Bij het opstellen van de statuten hadden enkele oudere teksten tot leidraad gediend: het plan van 1881, toen door de Mechelse seminaristen Frans Drijvers Drijvers, Frans
Frans Drijvers (1858-1914) was een Vlaamsgezind en sociaal bewogen priester die een belangrijke rol speelde in de katholieke Vlaamse studentenbeweging en de katholieke Vlaamse beweging vo... Lees meer
en Gustaaf Janssens Janssens, Gustaaf
Gustaaf Janssens (1858-1902) was een katholiek priester, leraar en onderwijsinspecteur. Hij streefde er als scholier, student en leraar naar om de katholieke Vlaamse studentenbeweging in ... Lees meer
opgesteld in functie van de reorganisatie van de algemene studentenbond, de ‘Plichten van de katholieke Vlaamsche Student’ door Lodewijk de Koninck De Koninck, Lodewijk
Lodewijk de Koninck (1838-1924) was een Vlaamsgezinde onderwijzer en romantische taalflamingant, die sympathiseerde met het West-Vlaamse taalparticularisme van Gezelle en zich inzette voo... Lees meer
voorgelezen op de studentenlanddag in Mechelen in 1883; ten slotte de statuten van de in 1889 opgerichte West-Vlaamse gouwbond. De oprichting van het Katholiek Vlaamsch Studentenver­bond werd dus gezien als het uiteindelijke resultaat van pogingen tot bundeling die sinds het begin de jaren 1880 in het aartsbisdom waren ondernomen. De definitieve statuten kwamen klaar tegen de gouwdag te Mechelen op 18 september 1890. Ze werden er voorgelezen door Laporta en toegejuicht door de circa 500 aanwezigen.

Het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond vormde een koepel voor zowel college- als vakantie­bonden. Studenten van het hoger onderwijs en scholieren van de hogere humanioraklassen kon­den er zich bij aansluiten na de ondertekening van een belofte, oud-studenten werden als erele­den aanvaard. De Bond had geen eigen tijdschrift maar het bestuur besliste om in ruil voor het inschrijvingsgeld De Visscheres De Vlaamsche Leeuw De Vlaamsche Leeuw (1886-1893)
Lees meer
rond te sturen. De redactieleden van De Student stelden uitdrukkelijk dat hun tijdschrift niet als orgaan van de Studentenbond mocht worden aan­gezien. Toch vervulde het feitelijk die rol door als enig blad systematisch berichtgeving over het Verbond te publiceren. Vanaf einde 1890 begon daarnaast de studentenalmanak De Vlaamsche Keikop De Vlaamsche Keikop
De Vlaamsche Keikop was een katholieke studentenalmanak (1890-1922) uitgegeven door Vlaamsgezinde priesters van het aartsbisdom Mechelen. Hij voerde het motto ‘In Vlaanderen Vlaamsch, Vla... Lees meer
te verschijnen.

De raad van het Studentenverbond bestond uit een bestendige erevoorzitter en uit verkozen pro­vinciale vertegenwoordigers, in verhouding van een op vijftig leden of ereleden. Deze raadsle­den duidden onderling een hoofdman per provincie aan, twee schrijvers en een penningmeester, evenals de leden die zouden deel uitmaken van het uitvoerend bestuur. Dat bestuur zou zetelen in Leuven en samengesteld zijn uit de erevoorzitter en twee afgevaardigden per provincie, die er aan de universiteit studeerden.

De Leuvense studenten gaven dus ogenschijnlijk de toon aan in het bestuur van de Bond. Maar de seminaristen, althans die van Mechelen, waren achter de schermen nauw bij het beleid be­trokken. Bovendien bleek uit de concrete invulling van de functies in de voorlopige raad, die in de grote vakantie 1891 nog altijd nagenoeg volledig dezelfde samenstelling had, dat afgestudeerden daarin een overwegende plaats bekleedden. Helleputte was erevoorzitter, De Visschere, Lebon en Laporta werden gekozen tot hoofdmannen van respectievelijk West- Vlaanderen, Oost-Vlaan­deren en Antwerpen. In Brabant en Limburg was voor die functie blijkbaar geen kandidaat voor­handen. Het kostte ook enige moeite om een geestelijke met aanzien te vinden die, zoals ge­pland, met de leek Helleputte het erevoorzitterschap van het Verbond zou delen. De Luikse vica­ris-generaal Martinus-Hubertus Rutten Rutten, Martinus-Hubertus
Martinus-Hubertus Rutten (1841-1927) was een Vlaamsgezinde bisschop in Luik, die zich hoofdzakelijk bezighield met het vernederlandsen van het arbeidersmilieu en het onderwijs. Hij stond ... Lees meer
moest in augustus 1890 een eerder gegeven toezegging intrekken omdat zijn bisschop daartegen bezwaren maakte. Een jaar later werd een geschikte figuur gevonden in de persoon van pastoor Hendrik Claeys Claeys, Hendrik
Hendrik Claeys (1838-1910) was een Vlaamsgezinde priester-leraar, schrijver en redenaar, die in 1875 betrokken was bij de oprichting van het Davidsfonds. Lees meer
uit Oost-Vlaanderen. Hij was lid van de Vlaamse Academie, ondervoorzitter van het Davidsfonds Davidsfonds
Het Davidsfonds is een katholieke Vlaamse cultuurvereniging, die werd opgericht in januari 1875. Lees meer
en een intimus van de Gentse bis­schop Antoine Stillemans Stillemans, Antoine
Geestelijke Antoine Stillemans (1832-1916) voerde als superior van het Klein Seminarie van Sint-Niklaas een Vlaamsgezind beleid. Na zijn benoeming als bisschop van Gent kwam hij in confli... Lees meer
.

Van de inschakeling van deze vooraanstaande volwassenen werd een dubbel voordeel verwacht. Ze moesten het vertrouwen wekken zowel bij de scholieren als bij de overheid en tegelijk als schild dienen bij eventuele tegenwerking van overheidswege. Anderzijds was het overwicht van volwassenen ook een gevolg van gebrek aan inzet vanwege de universiteitsstudenten en dus een teken van bloedarmoede. Zelfs voor de functie van provinciaal afgevaardigde in Ant­werpen en Brabant waren niet voldoende kandidaten bij de studenten te vinden zodat zij gedeel­telijk door oud-studenten werd uitgeoefend. De oorzaak daarvan was wellicht dat de universiteitsstudenten uit deze provincies sinds enkele jaren de organisatie van de scholierenbeweging grotendeels aan de seminaristen hadden overgelaten. De Leuvense studenten die wel bereid waren als provinci­aal afgevaardigde op te treden, legden trouwens eveneens weinig initiatief aan de dag om een goede start van het Studentenverbond te verzekeren. Hun uitvoerend bestuur kwam in 1890-1891 geen enkele maal samen. De hele raad van het Studentenverbond vergaderde in dezelfde periode slechts eenmaal, op 2 juni 1891, bijna een jaar na de oprichting. De werking op nationaal niveau kwam in het eerste bestaansjaar dus nauwelijks van de grond en het hoofdbestuur vond geen brede steun bij de universiteitsstudenten. Dat het initiatief tot overkoepeling was uitgegaan van seminaristen en volwassenen was hieraan niet vreemd.

Lokale verankering

Op provinciaal en lokaal vlak vond het Studentenverbond vooral steun in het aartsbisdom en in West-Vlaanderen. Vooral in het aartsbisdom was er een opvallende expansie van de plaatselijke werking. De studentenbonden van Antwerpen, Geel, Heist-op-den-Berg, Kontich, Lier, Mol, Puurs, Aarschot en Haacht bestonden al op het ogenblik van de oprichting. De meeste waren nog maar net tot stand gekomen, in het elan van de in het vooruitzicht gestelde overkoepeling. In de loop van het schooljaar 1890-1891 werden daaraan de bonden van Boom, Duffel, Ekeren, Mechelen, Stabroek, Turnhout, Zandhoven, Diest, Leuven en Tienen toegevoegd. De studenten van Aarschot en Diest verenigden zich in de Hagelandsche Studentengilde. Het aantal bonden in het aartsbisdom was dus op een jaar meer dan verdubbeld.

Het Antwerpse Eigen Taal Eigen Zeden met zijn permanente werking en zijn meer dan 200 leden verdeeld over vijf afdelingen, vormde hiervan het belangrijkste steunpunt. De Brusselse Jonge Klauwaarts behielden integen­deel hun marginale positie en sloten zich niet aan bij het Verbond. Maar dat de stroomversnelling niet ongemerkt aan Brussel voorbijging, blijkt uit het verschijnen in november 1891 van het eerste en wellicht enige nummer van Jong Brabant dat vermoedelijk werd uitgegeven door Brants. In de loop van 1890-1891 kwam voor de werking in het aartsbisdom bovendien een overkoepelende structuur tot stand met de oprichting van een Antwerps-Brabantse gouwkring. Op de gouwdag in Lier tijdens de paasvakantie 1891 werd een recordopkomst van circa 680 jongeren genoteerd. Het fenomeen van de vakantiebond deed hier volop zijn intrede: de klemtoon van de werking werd dus verlegd van college naar gemeente.

De al in 1889 opgerichte West-Vlaamse gouwbond trad met zijn 220 leden eveneens tot het Ver­bond toe. Het aantal bonden bleef er ongeveer op het peil van 1889: er bestonden collegegilden in Roeselare (de Sint-Jansgilde, heropgericht in 1887), Poperinge, Oostende, Veurne (alle opge­richt in 1889) en in Brugge (de al sinds 1869 bestaande Brugsche Studentenkring). Verder waren er vakantiebonden in Gistel en Izegem (opgericht in 1888-1889). Daarna ontstonden nog colle­gebonden in Oostende (Sint-Pietersgilde, 1891), Tielt en Ieper (1893), terwijl in laatstgenoemd jaar de bonden van Poperinge en Veurne weer verdwenen waren. Gezien de negatieve ervaring met de Roeselaarse Sint-Jansgilde, die in 1888 verboden was door de overheid van het Klein Seminarie van Roeselare Klein Seminarie van Roeselaere
In het Klein Seminarie van Roeselare, opgericht in 1806, liepen tal van belangrijke figuren uit de Vlaamse beweging school of gaven er les (Gezelle, Verriest, Rodenbach). In 1875 ontstond... Lees meer
, was in de statuten van de gouwbond voorzien dat leerlingen zich individueel bij de provinciale organisatie konden aansluiten. Zij zouden per instelling samen als een afdeling wor­den beschouwd, ook als ze niet tot het formeel oprichten van een bond overgingen.

De weinige geïnstitutionaliseerde collegegilden in West-Vlaanderen bleken evenwel een bijzondere aantrekkingskracht op de leerlingen uit te oefenen, zeker als ermee wordt rekening gehou­den dat de doelgroep van de gouwbond en van geheel het Studentenverbond beperkt bleef tot de hoogste vier humanioraklassen. Zo traden in 1888-1889 47% van de Poperingse scholieren, behorende tot deze groep, tot de collegebond toe. De Sint-Pietersgilde van Oostende kon in zijn eerste werkingsjaar, 1891-1892, 54% van de collegeleerlingen uit die klassen aanwerven. De leiders van de West-Vlaamse gouwbond, Priem en Van de Vyvere en vanaf 1891-1892 ook Emiel Vliebergh Vliebergh, Emiel
Emiel Vliebergh (1872-1925) was een centrale figuur in de katholieke Vlaamse beweging. Hij stuurde aan op taalwetgeving, culturele ontwikkeling en eenheid onder de katholieke flaminganten... Lees meer
en Karel van den Bussche Van den Bussche, Karel
Karel van den Bussche (1870-1905) werkte als student rechten in Leuven mee aan De Vlaamsche Vlagge, was actief in Met Tijd en Vlijt en maakte deel uit van Hugo Verriests geheime genootsch... Lees meer
, poogden ondanks de bisschoppelijke maatregelen een ge­coördineerd beleid in stand te houden. Ze namen in 1891 ook de redactie over van het zieltogende scholierentijdschrift De Vlaamsche Vlagge De Vlaamsche Vlagge (1875-1933)
De Vlaamsche Vlagge (1875-1933) was een West-Vlaams scholieren- en studententijdschrift onder wisselende redactie van seminaristen, universiteitsstudenten en priester-leraars. Het ademde ... Lees meer
(1875-1933).

In de twee andere Vlaamse provincies was de respons op de nationale overkoepeling zeer zwak. In Oost-Vlaanderen trad alleen de vakantiebond van Temse, de gemeente waar Bolsens woonde, effectief tot het Studentenverbond toe. De collegebonden van Eeklo en Sint-Niklaas waren van plan dat te doen. In Limburg werd helemaal geen aansluiting gevonden. De enige actieve studen­tenbond uit de provincie, de Jonge Klauwaarts van Hasselt De Jonge Klauwaarts (Hasselt)
De Jonge Klauwaarts werd in 1884 opgericht als Vlaamsgezinde katholieke studentenbond en voortgezet als bond van de Katholieke Studentenactie (KSA). De vereniging speelde zowel in de Vlaa... Lees meer
, had nochtans ter gelegenheid van zijn vlaggenwijding op 28 september 1890 een gouwdag georganiseerd waarop erevoorzitter Hel­leputte als volksvertegenwoordiger voor Maaseik het woord was komen voeren. Die stimulans was blijkbaar niet voldoende geweest om de Hasseltse bond tot toetreding te bewegen.

Kerkelijk ingrijpen

Tussen het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond en de Vlaamsche Katholieke Landsbond bestond van meet af een grote verwevenheid. De band tussen beide verenigingen werd bekrachtigd door de beslissing op de raadsvergadering van het Studentenverbond in juni 1891 dat dit een (jongeren)afdeling van de Landsbond zou worden en ten volle de werking ervan zou steunen. Oudere en jongere flaminganten vormden in de Landsbond gezamenlijk front om pressie uit te oefenen op kerkelijke gezagsdragers en katholieke politici. Hun positie binnen de katholieke partij Katholieke partij
De katholieke partij, later CVP (vanaf 1945) en CD&V (vanaf 2001) speelde een cruciale rol in de geschiedenis van de Vlaamse beweging. De partij had een belangrijk aandeel in onder m... Lees meer
werd omstreeks deze tijd aanzienlijk versterkt door hun verbinding met de ontluikende christendemocratie. Ook de studentenbeweging schreef vanaf einde 1890 de volksgezindheid als synoniem van Vlaamsgezindheid in haar vaandel.

Het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond was evenwel geen lang bestaan beschoren. Het ging ten onder aan verbodsmaatregelen van de ker­kelijke overheid. Centraal in dit conflict stond Vlaamsgezinde agitatie rond het in 1889 ingediende wetsvoorstel- Edward Coremans Coremans, Edward (1835-1910)
Advocaat Edward Coremans (1835-1910) was politicus voor de Meetingpartij en voorzitter van de Nederduitsche Bond. Gedurende 42 jaar was Coremans als kamerlid een leidende figuur van de Vl... Lees meer
voor de vernederlandsing van het katholiek middelbaar onder­wijs Middelbaar onderwijs
De geschiedenis van het middelbaar onderwijs is nauw verweven met die van de Vlaamse beweging. Tot diep in de 20ste eeuw bleef de middelbare school een grotendeels Franstalig bastion van ... Lees meer
. Met de steun van de Landsbond in de rug gingen de studentenbladen een hardere taal tegenover de overheid hanteren. Ze reageerden verbitterd op de verwerping van het genoemde voorstel, mee door toedoen van de katholieke partijvoorman Charles Woeste Woeste, Charles
Charles Woeste (1837-1922) was een conservatief politicus. Hij was voorstander van de fundamentele vrijheden, wars van staatsinterventie in maatschappelijke aangelegenheden en kantte zich... Lees meer
.

De bisschop van Brugge, Johannes Faict Faict, Johannes
Johannes Faict (1813-1889) was bisschop van Brugge (1864-1894). In het eerste decennium van zijn episcopaat steunde hij de katholieke Vlaamse beweging. Vanaf 1875 voerde hij een repressie... Lees meer
, was gewoontegetrouw de eerste om stokken in de wielen van Katholieke Vlaamse Studentenbeweging te steken. Al kort voor de oprichting van het Studentenverbond, in maart 1890, had hij met het oog op een geplande Vlaamsgezinde gouwdag in Roeselare waar het wetsvoorstel-Coremans ter sprake zou komen, zijn maatregelen van 1877 en 1878 tegen de studentenbewe­ging bekrachtigd. Dat betekende dat de West-Vlaamse scholieren en seminaristen niet mochten deelnemen aan Vlaamsgezinde land- of gouwdagen en dat ook de plaatselijke scholierenwerking in West-Vlaanderen erg werd bemoeilijkt. De genadeslag werd evenwel toegebracht toen de meest dynamische vleugel van het Studentenverbond, die van het aartsbisdom, in conflict kwam met kardinaal-aartsbisschop Petrus L. Goossens Goossens, Petrus
Petrus Goossens (1827-1906) was aartsbisschop van Mechelen. In 1891-92 nam hij maatregelen tegen de Katholieke Vlaamse Studentenbeweging. Hij vaardigde tegelijk richtlijnen uit voor een g... Lees meer
. Ten gevolge van de revolterende taal in De Student en Het Belfort Het Belfort
Het Belfort was een Vlaams katholiek tijdschrift ‘toegewijd aan Letteren, Wetenschap en Kunst’. Het verscheen van 1886 tot 1899. Lees meer
, het officieuze orgaan van het Davidsfonds Davidsfonds
Het Davidsfonds is een katholieke Vlaamse cultuurvereniging, die werd opgericht in januari 1875. Lees meer
, nam deze prelaat in 1891 en 1892 maatregelen om in zijn bisdom de verdere medewerking van seminaristen en scholieren aan de beweging te beletten. Als gevolg daarvan werd de werking van het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond lamgelegd. Zowel Faict als Goossens hadden anderzijds hun verbodsmaatregelen tegen de studentenbeweging gepaard laten gaan met vernederlandsings­maatre­ge­len voor de bisschoppelijke colleges.

De groep rond De Student reageerde op het kerkelijk optreden met een scherp pamflet Recht door Zee Recht door Zee (1891)
Recht door Zee was een pamflet van de katholieke Vlaamse studentenbeweging, dat verscheen in september 1891. Het tekende protest aan tegen het verbod van Kardinaal Goossens tegen de katho... Lees meer
(1891), dat de overheid voor de keuze stelde: oorlog of vrede. Een aantal Vlaamsgezinde leerlingen en seminaristen, onder meer Jozef Feskens, betaalden het gelag en werden door hun directie aan de deur gezet. Deze wegzendingen wekten een golf van verontwaardiging in de katholieke Vlaamsgezinde opinie. Het optreden van de kardinaal betekende een zware klap voor de beweging in het aartsbisdom, maar schakelde haar niet volledig uit. Ze werd er in leven gehouden door volwassenen, oud-studenten en normalisten die ervoor zorgden dat de plaatselijke gilden als Eigen Taal Eigen Zeden en de Normalistenafdeling van Mechelen actief bleven. Door hun inzet bleven de scholierenbladen Jong Antwerpen Jong Antwerpen
Jong Antwerpen (1890-1914) was een Vlaamsgezind letterkundig studententijdschrift, dat als spreekbuis diende van de katholieke studentenvereniging Eigen Taal Eigen Zeden. Lees meer
, De Student en De Vlaamsche Keikop onafgebroken verschijnen. Al vanaf 1894 waren er tekenen dat scholieren en seminaristen weer bij de beweging aansloten. Vanaf 1895 kende de Katho­lieke Vlaamse Studentenbeweging een herleving in alle Vlaamse provincies.

Literatuur

— M. Cordemans, Dr. August Laporta en ‘De Student’, 1959.
— L. Gevers, Kerk, onderwijs en Vlaamse Beweging. Documenten uit kerkelijke archieven over taalregime en Vlaamsgezindheid in het katholiek middelbaar onderwijs. 1830-1900, 1980.
— L. Gevers, Bewogen Jeugd. Ontstaan en ontwikkeling van de katholieke Vlaamsche studenten­beweging (1830-1894), 1987.

Suggestie doorgeven

1973: Lieve Gevers (pdf)

1998: Lieve Gevers

2023: Lieve Gevers

Inhoudstafel